Het fysieke levenseinde
Er zijn twee vormen van levenseinde: het langzame levenseinde en het acute levenseinde. Bij het langzame levenseinde heeft het lichaam genoeg tijd om alle fasen van sterven te doorlopen, bij het acute levenseinde is er sprake van acute doodsoorzaak, zoals een trauma. Ieder levenseinde is verschillend, dus de hieronder volgende beschrijving is slechts een indicatie van hoe het sterven zou kunnen verlopen.
Er zijn bij een langzaam stervensproces verschillende fasen te onderscheiden. Het energielevel neemt geleidelijk af, hoewel sommige mensen in dit proces ook een korte opwelling van euforie kunnen hebben. Vervolgens nemen de zintuigelijke functies af en wordt de bloedcirculatie slechter. Als laatste wordt de ademhaling onregelmatig en oppervlakkig. Wanneer de dood intreedt, trekt al het bloed zich uit het lichaam terug naar de vitale organen. Uiteindelijk stoppen alle lichaamsfuncties.
Bij een acuut overlijden zijn vaak niet al deze fasen aanwezig. De symptomen van het sterven hebben dan te maken met de schade die aan het lichaam is veroorzaakt door een trauma.